Start: bij de bushalte ‘De Hoofdige Boer’ in Almen

Einde: Stationsweg Lochem, op een steenworp afstand van het station (zie kaart 11)

Afstand: 12,5 km

NB. Bij hoogwater is de onderdoorgang van de N346 niet passeerbaar. Dat is het geval als de Berkel vrijwel tot aan de rand toe vol staat. Kies dan de hoogwaterroute, die begint bij het trekpontje bij de Staringkoepel. Steek in geen geval de N346 over, deze is druk en oversteken is hier levensgevaarlijk.

Algemeen beeld van deze etappe

De Berkel bij Landgoed De Velhorst

U kunt op uw route naar Lochem lange stukken over het schouwpad langs de Berkel afleggen, maar de hieronder beschreven route is gevarieerder en daardoor mooier en leuker. De route start bij de dorpskerk van Almen en gaat op verrassende wijze langs de groene randen van het dorp. U passeert de landgoederen ’t Elger en Ehze alsook het voormalige P.W. Janssenziekenhuis, nu het hotel Ehzerwold. Daarna steekt u het Berkeldal door naar de overkant en wandelt u door het mooie kleinschalige landschap van het landgoed De Velhorst en het buurtschap Klein-Dochteren. Het tweede deel van de route volgt u het schouwpad langs de Berkel tot aan de rondweg van Lochem. U passeert de Staringkoepel aan de overkant. Een trekpontje brengt u desgewenst naar dit plekje, een aanrader voor een korte pauze en een bezoekje aan de koepel. Terug op de zuidoever loopt u verder in de richting van Lochem. In Lochem zelf treft u eerst een woonwijkje, daarna een bedrijventerrein. Dat bedrijventerrein begint lelijk, maar het pad langs de Berkel wordt steeds groener en breder. Deze etappe eindigt via een vooralsnog vrij kale wandelboulevard bij het verdeelwerk waar overtollig Berkelwater kan worden geloosd op het Twentekanaal. Hiervandaan kunt u eenvoudig naar het station of naar het centrum van het oude Berkelstadje Lochem lopen.

Openbaar vervoer

Het beginpunt is vanuit Zutphen te bereiken met bus 54 van Arriva. Lochem heeft een treinstation op de lijn Zutphen – Oldenzaal. Zie hieronder voor de aanlooproute naar station Lochem.

Horeca

  • In de dorpskern van Almen
  • Bij het Hotel Landgoed Ehzerwold
  • In het centrum van Lochem
  • Bij het station van Lochem
Deze etappes lopen?

De routebeschrijving is gratis te downloaden via www.wandelzoekpagina.nl/berkelpad. Routekaarten zijn aldaar ook te downloaden nadat u zich heeft aangemeld als abonnee. Een jaarabonnement kost € 12,50.

De GPX-bestanden van deze route kunt u downloaden via deze pagina.

Deze etappe is tevens beschikbaar via de wandelapp http://www.wandelzapp.nl.

U kunt het Berkelpad ten slotte ook als papieren uitgave bestellen via Anoda Publishing.

Het is niet zo’n lange etappe. Combineer uw wandeling daarom eerst met een bezoek aan het Museum STAAL. Het geeft u een fraai inzicht in de geschiedenis van het Achterhoekse landschap en het leven en werken van de regionale dichter A.C.W Staring.

Wetenswaardigheden voor onderweg

A.C.W. Staring, Achterhoeks dichter en landman

“Elkeen weet waar het Almens kerkje staat”. Zo begint het beroemde gedicht van de Achterhoekse dichter A.C.W. (Winand) Staring (1767-1840). Het lange en humoristische gedicht gaat over de zeer koppige (in het gedicht ‘hoofdige’ genoemd) Almense boer Stuggink die niets op heeft met nieuwlichterij en weigert om ter kerke te gaan via een nieuw aangelegde brug over de beek.

“Eens was het anders hier ter stee,
Wanneer een voord den weg doorsnee,

En ’t brugje, naast die voord geleid,

Den smaad droeg van zijn nieuwigheid.

(…)

Zie daar! Al werd uw brug van steen,

Toch zal ze Stuggink nooit betreen!”.

Stuggink blijft boos door de beek waden, “gelaarsd, tot aan zijn heupen toe”. Het gedicht eindigt met:

“Ik kom er ook, met LAARZEN aan!”

A.C.W. Staring was niet alleen dichter, maar tevens landbouwkundige. Zoals wel meer Achterhoekse notabelen maakte hij zich sterk voor de modernisering van de landbouw. In Almen treft u een aan de familie Staring, de gedichten en het Achterhoekse landschap uit die tijd gewijd museum: Museum STAAL, tegenover de kerk.

Zicht op Almen

De slag om de Spitholderbrug

Tegenover het slingerhekje  van punt 6 in de routebeschrijving ligt de Spitholderbrug. Ogenschijnlijk een doodnormale brug, maar in werkelijkheid diverse keren plaats van flinke strijd. Bijvoorbeeld in 1713. De brug was onderdeel van de Hessenroute naar Deventer. Dit tot ergernis van de bevolking van Zutphen. In het kader van dezelfde oproerige beweging van de Plooierijen die vernielingen aanbracht bij Landgoed De Voorst (zie de tekst bij etappe 1), werd ook de Spitholderbrug gesloopt. De brug werd herbouwd als ophaalbrug. Ook tijdens de bevrijding van de Achterhoek door de Canadezen in april 1945 is bij de Spitholderbrug flink slag geleverd. Bij de verbreding van de brug is de witte ophaalbrug verplaatst. U vindt hem verderop langs de route bij het landgoed De Velhorst.

De Spitholderbrug, tegenwoordig ter hoogte van het landgoed De Velhorst

Het P.W. Janssenziekenhuis

Het Landgoed Ehzerwold is nu een hotel, maar is in de omgeving ook bekend als het P.W. Janssen Ziekenhuis. Het gebouw werd in 1915 door ene Clara Janssen neergezet als een modelziekenhuis voor homeopathische behandelingen. Clara Janssen was de dochter van de gefortuneerde tabakshandelaar P.W. Janssen, naar wie het ziekenhuis werd genoemd. Het project flopte en het ziekenhuis werd overgedaan aan de gemeente Amsterdam, later aan de gemeente Deventer. In die tijd fungeerde het als sanatorium voor tuberculosepatiënten uit die steden. Pas in 1993 werd het als ziekenhuis gesloten.

De Staringkoepel

De Staringkoepel is in 1850 gebouwd als theehuis voor Constantia Ernestine Theodora Staring (1819-1893), dochter van de dichter A.C.W. Staring. Na haar dood raakte de theekoepel in verval. Het werd toegevoegd aan het bezittingen van het landgoed Velhorst. De koepel is recent door de huidige beheerder, Natuurmonumenten, weer in oude glorie hersteld. Op een van de wanden van de koepel is het gedicht ‘Herdenking’ van A.C.W. Staring aangebracht., Geïnspireerd door dit gedicht maakte de kunstenaar Harry Leurink op het plafond een kunstwerk.

Lochem, stad aan de grens

Toen Graaf Otto II van Gelre het buurtschap Loc-heim in 1233 zijn stadsrechten verleende, bestond Lochem nog maar uit een stuk of wat boerderijen rond een kerk. Toch was het stadje van grote strategische betekenis voor de graaf. Lochem lag namelijk aan de grens van het toenmalige graafschap Gelre. Naburige plaatsen als Borculo en Groenlo vielen onder het Bisdom Münster en vormden een potentiële bedreiging van het territorium van de graaf. De schamele bebouwing werd dus voorzien van een stadsmuur met een dubbele omgrachting. Lochem werd zo een van de vijf stemhebbende steden binnen de Staten van het kwartier Zutphen. De kerk, de huidige St. Gudulakerk, heeft zelf een geschiedenis die veel verder teruggaat dan de stadsrechtverlening. Uit opgravingen is gebleken dat er rond 900 op die plaats al een houten kerkje stond.

In de overgang van de 19de naar de 20ste eeuw kende Lochem een bloeiende periode. Er trokken veel notabelen en kolonialen in ruste naar het stadje en die zorgden voor een opvallend aantal ‘voorname villa’s’, vaak in neorenaissancestijl gebouwd in lommerrijke parken. Na de aanleg van het Twentekanaal vestigden zich er ook enkele grote agrarische ondernemingen, waaronder de zuivelcoöperatie  Friesland-Campina en de veevoergigant ForFarmers. Ze zijn met hun hoge gebouwen prominent in het stadsbeeld aanwezig.